Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En hij woonde tegen het oosten, tot [11]den ingang der woestijn, van de rivier Frath af; want [12]hun vee was veel geworden in het land van Gilead. 11. Dat is, van de rivier Eufraat tot aan de Jordaan. 12. Te weten, der broeders van Joel, waarvan vs.7 gesproken is.